Page 29 - Gashuùzer
P. 29
Na 1900 kwam er een merkbare verbetering in de volksgezondheid. M.n.
op het gebied van betere hygiëne werd vooruitgang geboekt toen
apotheker H. Van Rijn tot burgemeester van Venlo werd benoemd. Van
Rijn was secretaris van de vroegere gezondheidscommissie.
Belangrijke maatregelen die werden getroffen: de afwatering, de
riolering, de bestrating, verlichting van de stad, de aanleg van parken, en
plantsoenen, opheffing van de woningnood.
Belangrijk waren ook de sociale wetten, die mede door Dr. Nolens tot
stand kwamen:
De Arbeidswet van 1889, de Veiligheidswet van 1895. De Ongevallenwet
en de Woningwet uit 1901 en de Kinderwetten uit 1905. Later volgden
nog de Invaliditeitswet en de Ziektewet.
Van uiterst belang voor de volksgezondheid was ook de oprichting in
1910 van een plaatselijke Groene Kruisvereniging.
Als artsen waren in Venlo gevestigd J. Dubois, sinds 1887, L. Landknecht
sinds 1898 en H. Receveur sinds 1893. Verder waren er nog twee artsen-
officieren van gezondheid. De apothekers in de stad waren F. Van der
Grinten, H. van Rijn en A. Schrijnen. In 1900 was er één vroedvrouw. In Frans Hendrik van der Grinten, apotheker H. Van Rijn, apotheker
1905 vestigde zich een tweede vroedvrouw.
De “genees-, heel- en verloskunde” werd nog geheel naar oude trant Verpleegprijzen per dag:
beoefend. In die tijd waren de huisartsen tevens nog chirurg. Zowel bij de
mensen thuis als in de gasthuizen verrichtten zij zelf tal van operaties. 75 cent voor behoeftigen patiënten, te betalen door het R.K. Burgerlijk
Armenbestuur.
De artsen gingen beseffen, dat hun werkterrein noodzakelijk aanvulling 1 gulden, voor verzekerden bij een ziekenfonds van de Duitse spoorwegen.
behoefde, zowel voor wat betreft verpleging als medische behandeling. 3 gulden, voor werkgevers die bij het ziekenhuis een collectieve verzekering
Uit hun kring kwam dan ook het dringende verzoek om terug te kunnen afsloten voor hun personeel.
vallen op een geneeskundig centrum. 1,50 voor verpleging van militairen
3 gulden voor klasse-patiënten eerste klas / 2 gulden voor tweede klas 1,50
voor de derde klas.
-28- -29-
op het gebied van betere hygiëne werd vooruitgang geboekt toen
apotheker H. Van Rijn tot burgemeester van Venlo werd benoemd. Van
Rijn was secretaris van de vroegere gezondheidscommissie.
Belangrijke maatregelen die werden getroffen: de afwatering, de
riolering, de bestrating, verlichting van de stad, de aanleg van parken, en
plantsoenen, opheffing van de woningnood.
Belangrijk waren ook de sociale wetten, die mede door Dr. Nolens tot
stand kwamen:
De Arbeidswet van 1889, de Veiligheidswet van 1895. De Ongevallenwet
en de Woningwet uit 1901 en de Kinderwetten uit 1905. Later volgden
nog de Invaliditeitswet en de Ziektewet.
Van uiterst belang voor de volksgezondheid was ook de oprichting in
1910 van een plaatselijke Groene Kruisvereniging.
Als artsen waren in Venlo gevestigd J. Dubois, sinds 1887, L. Landknecht
sinds 1898 en H. Receveur sinds 1893. Verder waren er nog twee artsen-
officieren van gezondheid. De apothekers in de stad waren F. Van der
Grinten, H. van Rijn en A. Schrijnen. In 1900 was er één vroedvrouw. In Frans Hendrik van der Grinten, apotheker H. Van Rijn, apotheker
1905 vestigde zich een tweede vroedvrouw.
De “genees-, heel- en verloskunde” werd nog geheel naar oude trant Verpleegprijzen per dag:
beoefend. In die tijd waren de huisartsen tevens nog chirurg. Zowel bij de
mensen thuis als in de gasthuizen verrichtten zij zelf tal van operaties. 75 cent voor behoeftigen patiënten, te betalen door het R.K. Burgerlijk
Armenbestuur.
De artsen gingen beseffen, dat hun werkterrein noodzakelijk aanvulling 1 gulden, voor verzekerden bij een ziekenfonds van de Duitse spoorwegen.
behoefde, zowel voor wat betreft verpleging als medische behandeling. 3 gulden, voor werkgevers die bij het ziekenhuis een collectieve verzekering
Uit hun kring kwam dan ook het dringende verzoek om terug te kunnen afsloten voor hun personeel.
vallen op een geneeskundig centrum. 1,50 voor verpleging van militairen
3 gulden voor klasse-patiënten eerste klas / 2 gulden voor tweede klas 1,50
voor de derde klas.
-28- -29-