Page 466 - Os erm Venlo
P. 466

Tweede Wereldoorlogervaringen - vervolg -                                                                                                                                     door: W. van der Randen






             Een bordje "BESMET" schreeuwt u vreselijke dingen in het oor, van

             lijken,  die  nog  onder  de  puinhopen  rusten.  Nog  een  kelder,  nog

             tientallen kelders; hier stierven 21 mensen, daar 35: voltreffer!


             Het  is  een  luguber  relaas,  als  een  rapport  van  helsche  machten.  De

             lijken werden begraven als men ze kon vinden. het gieren en fluiten van

             de  bommen  begeleidde  de  doden  naar  hun  graven,  in  plaats  van  het

             troostrijke  'In  paradisum'.  Echter  er  was  altijd  een  priester,  die,

             granaatvuur of niet, de doden naar hun laatste rustplaats bracht. En dan

             kwam weer dat vreselijke fluiten van granaten en de voltreffers woelden

             de graven om en de doodgravers kwamen dan weer en sloten nogmaals

             de graven. Men komt een Venlonaar tegen en vraagt naar zijn vrouw.

             Zijn gezicht vertrekt. Dood, ergens in een kelder. Hij leeft, ja, hijzelf

             leeft; huis verpulverd, heeft ergens een kamer, kan niet alleen zijn en

                                                                    om  acht  uur  's  avonds  gaat  hij  dan

                                                                    maar  naar  bed.  Triest  verhaal.  Een

                                                                    andere  kennis;  vrouw  beide  benen

                                                                    eraf,  baby  een  arm  kwijt,  drie

                                                                    kinderen  dood.  Hij  glimlacht  en  dit

                                                                    glimlachje  snijdt  door  de  ziel.  Ik

                                                                    vlucht. Iemand houdt me staande. We

                                                                    praten. Ik durf  niets meer te vragen,

                                                                    uiteindelijk zegt hij het; vrouw niet in

                                                                    orde,  gaat  in  een  gesticht  voorlopig.

                                                                    Ik  begrijp  het  niet  en  neem  snel

                                                                    afscheid. Ik wil het lijk, de stad zien,

                                                                    ik  wil  de  operatie  zonder  verdoving

                                                                    tot het einde beleven.
                                Nieuwstraat                                                                                                          Achter de 2 bogen was na de oorlog de opslagplaats voor groentehandel Vallen.


                                                                                                                                                            Links ernaast heeft later Koenen een garage met tankstation gebouwd.
                                                                                                                                                                                                       Info: Piet Braem.
    -466-                                                                                                                                                                                                                                                                      -467-
   461   462   463   464   465   466   467   468   469   470   471